Direct naar inhoud

Venster 2 | 1279-1363

De Van Amstels

Vanaf de 11e eeuw wordt het ‘woeste’ land omgevormd naar leefbaar gebied. Haaks op dijken en kaden worden sloten gegraven ter afwatering, zodat het land geschikt wordt om te bewerken. Vanuit het dorp Ouderkerk komt een tak van het machtige geslacht Van Amstel in deze regio. Als leenheren krijgen zij het voor het zeggen in het ‘Land van het latere IJsselstein’. Zo verwerven ze een adellijke status. In de 14e eeuw gaan zij de naam ‘Van IJsselstein’ voeren vanwege ‘het huis aan de IJssel’ dat zij in de 12e eeuw hier bouwen. Het is een versterkte toren op de plek waar later het kasteel gebouwd wordt. 

In 1279 is voor het eerst in een geschreven bron een vermelding van de locatie IJsselstein gevonden. Die bron is een akte van 7 november waarin Gijsbrecht van Amstel het gebied beschrijft waarvan hij, zijn vader en voorvaderen de heren waren. In de 13e eeuw is hier door de Van Amstels een kasteel (van steen, of te wel een ‘Stein aan de IJssel’) gebouwd.  

Het gebied van deze Van Amstels omvat in 1279, met inbegrip van de vroegere rechten van de abdij van Werden, in grote trekken het latere Land van IJsselstein: Benschop, Noord-Polsbroek en IJsselstein. Het grootste deel van de rechten en goederen in dit gebied van Lek-en-IJssel had Gijsbrechts vader, Aernout van Amstel, al in leen van de bisschop van Utrecht en enkele Utrechtse kapittels.  

De Van Amstels zijn van oorsprong (begin 12e eeuw) dienstlieden van de bisschop van Utrecht. Hun stamslot stond in Ouderkerk aan de Amstel. Zij verwierven een adellijke status en zijn erin geslaagd om, strijdend soms met, soms tegen de graven van Holland, in het grensgebied tussen Holland en het Sticht een machtspositie op te bouwen, onder andere in het gebied van de latere heerlijkheid IJsselstein. Als eerste uit het geslacht Van Amstel voert Gijsbrecht (ca 1260-1343) de naam Van IJsselstein. Het stadswapen van IJsselstein is afgeleid van het familiewapen van de Van Amstels.  

Hier zie je een afbeelding van het model van het vierpersoons praalgraf uit de Oude Sint-Nicolaaskerk, dat ook in het museum te zien is bij emotiegebied Trots. Het praalgraf is heel bijzonder: niet een of twee personen zijn erop vereeuwigd, maar vier! Het zijn Vrouwe Bertha en haar man Gijsbrecht van Amstel, de eerste die zich Heer van IJsselstein noemt, en hun zoon Arnoud met zijn vrouw Maria van Henegouwen. Volgens de Historische Kring IJsselstein liet (klein)dochter Guyotte het rond 1370 maken.

In 1308 trouwt Gijsbrechts zoon, Arnoud I van IJsselstein (heer van IJsselstein van 1343-1363), met Maria, de dochter van de Utrechtse bisschop Guy van Henegouwen/Avesnes. Zij hebben geen zonen – iets wat in die tijd belangrijk is in het erfrecht. Hun dochter Guyote, vrouwe van IJsselstein, trouwt in 1330 met Jan van Egmond. Na het overlijden van Arnoud in 1363 komt er een einde aan de heerschappij van de Van Amstels in IJsselstein. De dynastie Van Egmond heeft de volgende eeuwen de heerschappij over IJsselstein in handen. 

Verder met de Canon?

Lees het volgende verhaal